...

Commodore: hoe het allemaal begon

Hoe het allemaal begon. Jack Tramiel werd geboren in Polen. Hij overleefde de concentratie kampen van de tweede wereld oorlog. In het jaar 1948 emigreerde hij naar de Verenigde Staten. Hij ging in het leger en werd een typemachine reperateur. In 1952 verliet Jack het leger en begon zijn eigen bedrijfje. Het was een kleine winkel en reparatie zaak maar hij verdiende niet zoveel geld. In 1955 tekende hij een contract voor het in elkaar zetten van typemachines voor een bedrijf uit Chechoslowakije. In Canada ontmoete hij C. Powell Morgan en die wilde wel geld stoppen in het bedrijf. Met deze deal richtte Jack het bedrijf "COMMODORE" op. Een paar jaar later in 1962  ging het bedrijf Commodore naar de beurs. Maar in 1965 ging het mis. Het finacierings bedrijf van C. Powell Morgan ging failliet enCommodore was in financiele moeilijkheden. Het volgende jaar wist jack een nieuwe geldschieter te vinden. Deze keer was het Irving Gould. In de zestiger jaren startte Commodore met het maken van mechanische reken machine en later gevolgd door de productie van elektronische rekenmachines. De computers volgde pas na de aankoop van het bedrijf MOS in 1976. Met deze overname kon Commodore zijn eigen chips maken voor de rekenmachines en zetten de eerste stap in de wereld van computers. Op de foto de Commodore 208 mechanische rekenmachine.   De rekenmachines Na de typemachines kwamen de mechanische rekenmachines of "optellers". Daarna begon Commodore met de productie van elektronische rekenmachines. De rekenmachines werden in elkaar gezet met onderdelen van toeleveranciers. De gebruikte chip werd gekocht bij Texas Instruments. De zaken gingen goed en Commodore produceerde meer dan 25 verschillende modellen. Het bedrijf Texas Instruments maakte alleen maar de chips en was zo geen concurrent van Commodore. Maar Texas Instruments ging zelf ook rekenmachines maken. De prijs van een complete Texas Instruments rekenmachine was bijna hetzelfde als de chip die Commodore moest kopen bij Texas Instruments. Hierdoor geraakte Commodore in moeilijkheden. Maar Jack Tramiel was een zeer slimme zakenman. Hij vond een relatief nieuwe firma die chips voor zijn rekenmachines kon produceren, dit was het bedrijf MOS. Hij plaatse een zeer grote order bij MOS voor rekenmachine chips. Daarna stelde Jack steeds de betalingen uit en bracht het bedrijf MOS in financiele moeilijkheden. En na een tijdje nam Jack het bedrijf over voor een zacht prijsje. Jack Tramiel was nu de eigenaar van een chip fabrikant en werd daardoor een onafhankelijk producent.   De KIM-1 De KIM-1 was de eerste computer van Commodore. Maar de KIM-1 was ontworpen door het bedrijf MOS. MOS werd opgericht in 1974 door 8 ex werknemers van Motorola. Twee van deze werknemers waren Bill Mensch en Chuck Peddle. Dit nieuwe bedrijf werd MOS Technology genoemd en startte de ontwikkeling van de 6501 chip. Dit was een microprocessor die pin compatible is met de 6800 chip van Motorola. Het interne ontwerp was afwijkend van het Motorola ontwerp maar Motorola startte een rechtszaak tegen MOS voor het copieren van hun ontwerp. MOS en Motorola kwamen tot een schikking en het ontwerp van de 6501 werd geschrapt. MOS ging verder met het ontwikkelen van een eigen microprocessor. Dit werd de 6502. De 6502 behoort tot de meest belangrijke chip ooit ontwikkeld. De man achter de ontwikkeling van de 6502 was Chuck Peddle. Na de geboorte van de 6502 ontwikkelde MOS een computer ronde deze nieuwe chip. Dit werd de KIM-1. Maar in hetzelfde jaar nam Jack Tarmiel's bedrijf Commodore het bedrijf MOS over. Er zijn daardoor KIM-1's met MOS op het moederbord, en er zijn moederborden met de namen Commodore en MOS. De onderdelen De KIM-1 is een echte computer maar is niet te vergelijken met een moderne PC. De KIM-1 heeft de volgende hoofd onderdelen. De 6502 microprocessor, Twee 6530 I/O chips, 1 kbyte RAM, 2 kbyte ROM, 6 digit 7-segment LED display. De rest van de onderdelen zijn simpele logische componenten. De 6502Technische specificaties:Data bus: 8 bitsAddress bus: 16 bitsInterrupts: IRQ, NMI, RDYSnelheid: 1 MHzInstructies: 151 De 6502 is een microprocessor. Binnenin de microprocessor worden allerlei binaire manipilaties gedaan op data. Om data in en uit de microprocessor te krijgen is een databus  nodig. De databus van de 6502 is 8 bits breed en dat betekend dat er 8 aansluit pinnen contact hebben met het geheugen buiten de 6502. De 6502 werkt, net zoals alle processors, met het binaire systeem. Dat wil zeggen er zijn maar 2 mogelijkheden aan of uit, dit wordt aangeduid met een 0 of een 1. Dit wordt een bit genoemd. Als je een 8 bits brede data bus hebt dan zijn dit de mogelijkheden: 00000000 t/m 11111111. Een waarde van 8 bit breed wordt een byte genoemd. In ons decimale getallen stelsel is dat van 0 t/m 255. Alle verwerkingen zijn dan ook beperkt tot getallen van 0 t/m 255, wil je grotere getallen verwerken dan moet je het getal in meerdere stukken hakken en apart verwerken. Maar je hebt ook nog een manier nodig om een bepaalde geheugen locatie aan te wijzen. Dit is de adresbus. De beperking is de breedte van de bus, met 16 bits kan je een getal maken tussen 00000000 00000000 t/m 11111111 11111111 of te wel tussen 0 en 65536. De 6502 kan dus 64 kbyte adresseren. En dat is ruim voldoende in de KIM-1. Naast de Data en de Address heeft de 6502 ook interrupts. Een interrupt is een onderbreking. Via deze ingang kan het in de processor lopende programma worden onderbroken. De systeem snelheid van de KIM-1 is 1 MHz wat wil zeggen dat er 1 miljoen acties per seconden worden uitgevoerd. De processor voert dus 1.000.000 acties uit per seconden. De snelste instructie heeft aan 2 actie genoeg maar de langzaamste heeft 7 acties nodig. De 6502 heeft een aantal instructies, dit aantal instructies is 151 maar in theorie zijn er 255 mogelijk. Programmeurs hebben door experimenteren extra instructies gevonden. Maar dit zijn eigenlijk ingebakken fouten en horen niet tot de echte instructie. Er zijn instructie die alleen maar data verplaatsen zoals LDA (Laad de accu met een waarde) maar ook reken instructie zoals ADD (tel bij de accu een waarde op) ook instructie die "rommelen" met een waarde zoals ROR die de bits een plekje naar rechts opschuift. The 6530Technische specificaties:Data bus: 8 bitsI/O: 2 x 8 bits (twee richtingen)Timer: programmeerbaarRAM: 64 byteROM: 1 kbyte De twee 6530's zijn de verbindingen met de wereld buiten de KIM-1. Het toetsenbord wordt gelezen door deze chips. Het display wordt ook aangestuurd door de 6530's. Er is ook een aansluiting voor een cassette recorder voor het laden of opslaan van programma's. Ook een aansluiting voor een teletype is aanwezig. Bijna alle IO is ook beschikbaar op de twee aansluit poorten aan de zijkant van de KIM-1. De 6530 beschikt over zijn eigen ROM en daardoor zijn er verschillende 6530's. MOS heeft verschillende 6530's gemaakt voor specifieke toepassingen of zelf voor andere bedrijven. RAM / ROM Tegenwoordig is 1 kbyte RAM een grap maar in 1976 was dit enorm. RAM wordt gebruikt om je eigen programma code in op te slaan. RAM kan gelezen en beschreven worden. RAM staaat voor Random Access Memory. Er is ook 2 kbyte ROM aanwezig op de KIM-1.  In het  ROM is een programma aanwezig die de KIM-1 bestuurd. Het programma zorgt voor het lezen van het toetsenbord en het aansturen van de displays. Het heeft ook en machinetaal monitor die je helpt om je eigen machinetaal programma in te voeren. ROM kan allen maar gelezen worden. ROM staat voor Read Only Memory. Het programma in het ROM blijft ook bewaart als je de voedingsspanning uitschakelt. De data in het RAM gaat verloren als je dit doet. Toetsenbord / Display Om een complete computer te maken moet je een manier hebben om te "interfacen" met de gebruiker. De interactie tussen de computer en de gebruiker gaat via een simpel toetsenbordje. Het toetsenbord beschikt over de hexadecimale cijfers 0 tot F, een reset toets, een aantal toetsen voor programmeren en een aan / uit schakelaar. Het display bestaat uit zes 7-segments LED displays. Doordat de microprocessor alle segmenten van het display kan aansturen via de 6530's you kan je meer laten zien dan de cijfers 0-9.   De Chessmate Met de introductie van de KIM-1 begonnen mensen software te maken voor deze computer. Een van deze mensen was Peter Jennings die werkte voor Commodore. Hij schreef Microchess voor de KIM-1 en later ook voor de C64/128. Commodore besloot om een gebruiksklare versie te maken van Microchess. Dit werd de Chessmate. Als je naar het ontwerp kijkt lijkt het veel op het ontwerp van de KIM-1 maar er zijn verschillen. Behalve de verschillen in de hardware zat de Chessmate in een mooie behuizing en was voorzien van een externe voeding. De 6504 De microprocessor is een 6504 in plaats van een 6502. Het grote verschil met de 6502 is dat dit een 28 pin versie (6502 is een 40 pin chip). De 6504 kan slechts 8 kbyte geheugen adresseren, maar heeft als bonus een interne klok. De 6504 loopt op een klok frequentie van 1 MHz. Behalve een microprocessor is er ook een RIOT chip de 6530 aanwezig. Deze chip houdt zich bezig met het toetsenbord en de LED displays. De 6530 Technische specificaties: zie de KIM-1 De 6530 leest het toetsenbord en stuurt de vier 7-segments LED display aan. Ook doet het de aansturing van de vier LEDs op het paneel die de spel status aangeven. Ook word een pieper aangestuurd door de RIOT chip.  RAM / ROM De Chessmate heeft slechts 256 bytes RAM. De ROM is gevuld met het programma Microchess 1.5 en is 4 kbyte groot. De 6530 heeft zelf ook nog eens 64 bytes RAM en 1 kbyte ROM maar dit wordt niet gebruikt. Toetsenbord / Display Voor de interactie met de gebruiker is de Chessmate uitgevoerd met een membraan stijl toetsenbord zoals op de MAX-machine. Het hoofd display heeft vier 7-segments LED displays. Er zijn zijn nog eens vier LED's aanwezig die de status van het spel aangeven.   De 2000K Voor dat de echte computers beschikbaar kwamen voor de consument verkochten een aantal bedrijven een "pong" spelcomputer. Commodore had MOS Technologies gekocht en MOS maakte ook een pong chip. In de 2000K gebruikte Commodore de 7600 (NTSC) en de 7601 (PAL) chip. De 2000K werkt op batterijen of via een externe voedings adaptor. De 2000k lag in de winkels in 1976/77. De chip Meeste pongs werden gemaakt rond een chip. De 7600/1 was een simpele microprocessor die via de in het ROM aanwezige instructies een spel creëert. Het weergeven op het TV scherm werd ook gedaan door dezelfde chip. Het scherm heeft slechts vier kleuren en deze pong had zelf geluid. Een simpele "piep" komt uit de interne speaker. Toetsenbord / Controllers De 2000K heeft vier controllers die vergelijkbaar zijn met de paddles voor de VIC-20 en de C64/128 maar hebben geen vuurknop. Twee controllers zijn aangesloten op de 2000K en de twee andere worden aangesloten via een stekker. Een optioneel geweer kan ook worden aangesloten om op het scherm te schieten. Deze machine heeft de volgende schakelaars: Aan/Uit, 2 of 4 spelers, Automatisch serveren aan/uit, expert of amateur, Reset, Handmatig serveren, De knop in het midden is de spel keuze schakelaar: Tennis, Voetbal, Squas en Schieten.   De 3000H De 3000H is vrijwel gelijk aan de 2000K. Het grote verschil is dat de controllers schuiven zijn. Een van de controllers is ingebouwd in de unit. De tweede controller is aangesloten via een kabel. De andere twee zijn aangesloten via een stekker. De connectors van de controllers zijn afwijkend aan de 2000K.

31 december 2023

...

Commodore PET computers

PET (Personal Electronic Transactor) Dit is één van de eerste personal computers met een 8-bit 6502(1Mhz) processor, 8k bytes geheugen, een IEEE 488 en een parallele poort. Hij heeft een ingebouwde cassette drive en een heel klein keyboard. Er zijn drie types bekend de PET 2001-8N met 8 KB RAM, de PET 2001-16N met 16 KB RAM en de PET 2001-32N met 32 KB RAM. De latere modellen kregen een normaal qwerty-toetsenbord en waren uitgerust met 16 of 32k RAM geheugen en hadden een interne speaker. Alleen was de interne datasette eruit verdwenen. De speaker was vooral bedoeld om een piep te geven bij het right-margin gebruik.   SuperPET De SuperPET (ook wel genoemd de CBM 9000) werd als een soort programmeurs droomcomputer ontwikkeld door de Universiteit van Waterloo. Deze machine heeft 96KB RAM geheugen en was uitermate geschikt als ontwikkelaarscomputer. Dit komt mede doordat met inschakelen in de programmers mode men meteen in een menu komt met daarin een assortiment van ontwikkelaarstools en programmeertalen. Het idee hierachter was dat men als terminal zodoende meteen een RS232 connectie kon maken met een IBM mainframe. Alle tools hiervoor zijn daarom op deze machine aanwezig zoals een RS232 configuratie, BASIC, FORTRAN, PASCAL, Assembler en COBOL voor ontwikkelaars. Technische gegeven:  Processor MOS technologie 6502 en 6809  Geheugen 96 kilobytes  ROM 48 kilobytes  IO 6551 ACIA,MOS 6520 PIA, MOS 6522 VIA     CBM 8032 Van deze computer zijn drie versies op de markt gekomen, intern zijn ze identiek maar zien er aan de buitenkant verschillend uit. De types zijn: CBM 8032, CBM 8032-32B en CBM 8032-SK. Heeft een 8-bit 6502(1Mhz) processor en 32K (max 64k) bytes aan geheugen en het OS draait met Commodore Basic V4. Dit is de zakelijke versie van de P.E.T. serie. Het toetsenbord en de monitor zijn ingebouwd in het CPU gedeelte. Je kan via de IEEE-488 parallelle bus een 8023P printer en een 8050 dubbele diskette drive aansluiten. Vaak werd deze aansluiting ook gebruikt voor test apparatuur in een labaratorium. Heel grappig is hoe je de CPU kan bereiken, het toetsenbord en monitor open je als een automotorkap met een daarbij behorende steun.       

30 december 2023

...

VIC 20

De VIC 20, de kleurige toekomst van Commodore. De VIC-20 was de eerste computer van Commodore die beschikte over kleur. In 1980 gaf de president - directeur van Commodore (Jack Tramiel) zijn ontwerpers de opdracht om een goedkope computer te ontwerpen. Jack vreesde enorme concurrentie uit Japan op het gebied van de goedkope homecomputer. En i.p.v. af te wachten waarmee de Japaners zouden komen ging hij alvast in de aanval. Hij gaf zijn team de opdracht een computer te ontwerpen voor maximaal $300,-- en deze moest over 9 maanden klaar zijn. De VIC-20 werd ontworpen door Commodore in Japan. In 1981 rolde de eerste VIC-20's van de productie lijnen. Vreemd genoeg kreeg de VIC-20 niet overal dezelfde naam. In Japan heet de VIC-20 de VIC-1001, in Duitsland de VC-20 en in de rest van de wereld VIC-20. Waarom de VIC-20 in Duitsland de VC-20 heet is niet helemaal duidelijk maar de meest logische reden is dat de afkorting stond voor Volks Computer. De VIC-20 was een succes vanaf de introductie. De productie kon de vraag amper bijhouden. Op het hoogtepunt werden er per dag 9000 VIC-20's geproduceerd. De concurrentie wist niet wat ze overkwam en konden de prijs van $300,-- niet geloven. De concurrentie werd steeds verder weg gedrukt doordat de prijs in 2 jaar daalde tot slechts $130,--. Met de VIC-20 veroverde Commodore de homecomputer markt. De VIC-20 werd geproduceerd vanaf 1980/1981 tot en met 1984. Op de foto de VIC-20 PAL versie, deze vroege versie heeft nog een externe RF modulator en een simpele voeding. Technische specificaties:  Processor  MOS 6502, 1MHz  RAM geheugen  5 KB  ROM geheugen  20 KB (Basic, Kernal, Karakters)  Co-Processor  VIC  Aansluitingen  Uitbreidingsslot, Gebruikerspoort, Seriele poort, Datasette, Joystick, TV, Video, Geluid, Voeding   Het gebruik Door de beperkte hoeveelheid karakters op het scherm (22) was de VIC-20  niet geschikt voor bedrijfstoepassingen. De meest gebruikte software zijn altijd spellen geweest. De mogelijkheid van het aansluiten van een joystick en de mogelijkheden van kleur waren de perfecte combinatie voor een spelcomputer. Maar omdat de VIC-20 een echte computer was werd hij ook gebruikt door vele elektronica liefhebbers. Spellen: Iedereen heeft wel een favoriet spel, bekende spellen zijn o.a. Space Invaders, Radar Rat Race, Alpha Alarm, Centipede, Crazy Kong, Gridrunner, Muchman, Paratrooper, Attack of the Mutant Camels, Choplifter, Galaxian, Gorf, Frogger. Er zijn vele honderden spellen uitgebracht voor de VIC-20. Grafische programma's: Door de nieuwe mogelijkheden van Bitmap en veranderbare karakterset werden ook tekenprogramma's populair. Enkele bekende zijn: Best Paint, FCD, Picasso, Artist. Muziek programma's: De VIC is niet alleen verantwoordelijk voor het beeldscherm maar doet ook het geluid. Enkele muziek programma's zijn: Fisichella, Victracker, Loop arranger. Tekst verwerkers: De VIC-20 als tekstverwerker is wel een beetje behelpen omdat het scherm slechts 22 karakters breed is. Voorbeelden van tekst verwerkers zijn: HesWriter, Wordcraft 20, Write Now!, Speed Script, Quick Brown Fox Kantoor pakketten: In de tijd van de VIC-20 waren kantoorpakketten alleen beschikbaar voor de professionele computers zoals mainframes. Maar enkele toepassingen waren: Personal Finance, Practicalc Utility's: Voor specifieke taken zijn speciale programma's beschikbaar. Kopieer programma's voor de Datassette en Diskdrive zijn er in vele soorten. Communicatie software voor modems, maar ook packet radio zijn beschikbaar. Meeste utility's waren voor het werken met machinetaal, cassette snelladers extra BASIC commando's e.d. Demo's: Het fenomeen demo's is pas met de Commodore 64 goed van start gegaan maar de echte "scener" is ook niet vies van een demo op de VIC-20. De VIC-20 is natuurlijk niet zo geschikt voor grafische en muziek demo's maar de beperkingen zijn juist een uitdaging voor de echte "coder". Enkele bekende demo's zijn: Veni vidi Vic! (Marko Mäkelä, Anders Carlsson, Bergström's ), VICI ITERUM MM (Pasi Ojala, Anders Carlsson), Victoria (Dekadence). Honderden demo's zijn gemaakt en er zijn websites die deze demo's voor downloaden beschikbaar stellen. Cartridges: Iedere VIC-20 had wel een cartridge. Meestal is dat een verzameling van handige software. Zoals extra BASIC commando's, Tape-Turbo's, Disk-Turbo's, Machinetaal monitors, Printscreen programma's. Maar vooral geheugen uitbreidingen waren populair. De originele VIC-20 had slechts 5 kbyte aan RAM geheugen. Je had geheugen uitbreidingen van 3, 8, 16 en zelfs 24 kbyte voor de VIC-20. Maar omdat sommige programma's problemen hadden met geheugen uitbreidingen waren de meeste uitbreidingen uitgevoerd met een aantal schakelaars om zo de juiste hoeveelheid geheugen in te schakelen. Bekende cartidges zijn: HesMon, Programmer's Aid Cartridge, Super Expander. Randapparatuur: Een enorme verscheidenheid aan apparaten is gemaakt voor de VIC-20 door Commodore maar zeker ook door andere bedrijven. Een paar voorbeelden: Datassette, Diskdrives, Joysticks, Printers, Monitors, Modems, Touchpads, Eprombranders, Geheugen uitbreidingen (RAM en ROM). Besturingen voor robot armen, model treinen, licht shows, dia shows. Een VIC-20 bestaat uit vele onderdelen die samen een werkende computer maken. We zullen de belangrijkste onderdelen hier behandelen.   De Central Processing Unit 6502 De rekenkracht van de VIC-20 wordt verzorgt door de 6502. Dit was de eerste microprocessor die de firma MOS op de markt bracht. Na het uitbrengen van de bijbehorende "computer" de KIM-1 werd de gehele firma overgenomen door Commodore. Technische specificaties:  Databus 8 bits Adresbus 16 bits  Interrupts IRQ, NMI, RDY  Kloksnelheid 1 MHz  Instructies  151   Databus: De 6502 werkt, net zoals alle processors, met het binaire systeem. Dat wil zeggen er zijn maar 2 mogelijkheden aan of uit, dit wordt aangeduid met een 0 of een 1. Dit wordt een bit genoemd. Als je een 8 bits brede data bus hebt dan zijn dit de mogelijkheden: 00000000 t/m 11111111. Een waarde van 8 bit breed wordt een byte genoemd. In ons decimale getallen stelsel is dat van 0 t/m 255. Alle verwerkingen zijn dan ook beperkt tot getallen van 0 t/m 255, wil je grotere getallen verwerken dan moet je het getal in meerdere stukken hakken en apart verwerken. Adresbus: Met de adresbus kan de processor iets kan aanwijzen in het geheugen. De beperking is de breedte van de bus, met 16 bits kan je een getal maken tussen 00000000 00000000 t/m 11111111 11111111 of te wel tussen 0 en 65536. De 6502 kan dus 64 kbyte adresseren. Interrupts: Een interrupt is een onderbreking. Via deze ingang kan het in de processor lopende programma worden onderbroken. Snelheid: De systeem snelheid van de VIC-20 is 1 MHz wat wil zeggen dat er 1 miljoen acties per seconden worden uitgevoerd. De processor voert dus 1.000.000 acties uit per seconden. De snelste instructie heeft aan 2 actie genoeg maar de langzaamste heeft 7 acties nodig. Instructies: Het aantal instructies is 151 maar in theorie zijn er 255 mogelijk. Programmeurs hebben door experimenteren extra instructies gevonden. Maar dit zijn eigenlijk ingebakken fouten en horen niet tot de echte instructie. Er zijn instructie die alleen maar data verplaatsen zoals LDA (Laad de accu met een waarde) maar ook reken instructie zoals ADD (tel bij de accu een waarde op) ook instructie die "rommelen" met een waarde zoals ROR die de bits een plekje naar rechts opschuift. Op de foto de VIC-1001. Hier is het moederbord te zien. Het grote zwarte gedeelte rechts is een koellichaam voor de 5 volt spanningsregelaar. In latere modellen verhuisde dit onderdeel naar de extern voeding en werd het moederbord een stuk kleiner. De VIC (6560 / 6561) De VIC chip is het centrale onderdeel van de VIC-20. VIC is de afkorting van Video Interface Chip. De VIC zorgt voor de hartslag (timing) van het systeem. De VIC doet het geluid, het inlezen van de paddles en lightpen maar natuurlijk ook de weergave op het scherm. Om problemen met geheugen schrijven en lezen tussen de CPU en de VIC te voorkomen is er een slim systeem bedacht. Het kloksignaal voor de CPU en de VIC bestaat uit een blokvorm met een "hoog" en "laag" niveau. De VIC gebruikt het geheugen alleen op het ene niveau en de CPU op het andere niveau. Omdat de VIC-20 voornamelijk werd gebruikt met een televisie is het uitgangssignaal van de VIC-20 ook afgestemd op de televisie standaard. Dit had als gevolg dat er verschillende VIC's zijn geproduceerd. 6560 - NTSC (Noord Amerika, Zuid Amerika, Japan) 6561 - PAL-B (Europa, Afrika, Asië, Australië) Technische specificaties:  Tekst 22 x 23 karakters met 8 x 8 pixels of 16 x 8 pixels  Hires 176 x 184 pixels  Kleuren tekst 8  Kleuren achtergrond 16  Lightpen    Geluid 4 stemmen / volume regeling  Geheugen bereik 16 Kb Tekst: Op het scherm kan je 506 karakters plaatsen. De karakters komen normaal gesproken uit het CHAR ROM maar je kan de ook een eigen ontworpen karakters gebruiken. In tekst modus zijn er slechts 2 kleuren, de achtergrond en de karakter-kleur.  Hires: In plaats van karakters wordt nu het scherm gevuld met 176 x 184 = 32384 pixels dit neemt echter wel een behoorlijk stuk van het geheugen in beslag (4 kbyte). En aangezien het totale geheugen maar 5  kbyte is, is dit niet echt een optie in de VIC-20 zonder geheugen uitbreiding. Kleuren: Er zijn 8 verschillende kleuren voor de karakters en de schermrand. En er zijn 16 verschillende kleuren voor de achtergrond. Lightpen: Als je met een "light-gun" of "light-pen" op het scherm schiet of klikt dan kan de VIC je vertellen welke positie op het scherm dat was. Geluid: De VIC-20 beschikt over 4 stemmen. Stem 1 t/m 3 zijn blokvormige signalen met een frequentie range van 7 bit (128-255). Stem 1 is laag, stem 2 is midden en stem 3 is hoog. De laatste stem (4) is witte ruis Volume regeling: Het volume van het geluid kan geregeld worden in 16 stappen (0-15) Geheugen: Vreemd is dat de VIC slechts 16 kbyte kan bereiken, dit werd opgelost door de VIC verplaatsbaar te maken. Je kan aangeven welke van de 4 blokken van 16 kbyte de VIC zich mee bezighoudt. De VIC chip is echter slimmer dan de originele specificaties. Een van de leuke dingen aan de VIC is dat veel parameters van het weer te geven beeld hun waarden halen uit registers. Door deze registers aan te passen kan je bijvoorbeeld de resolutie van 176 x 184 pixels uitbreiden naar 224 × 256 pixels. Ook zijn door slim programmeren scrollen en rasterbalken mogelijk. De VIA VIA staat voor Versatile Interface Adapter. En is een in en uitgangen regelunit. De VIC-20 heeft twee van deze chips. Technische gegevens:  Programmeerbare I/O  16 bit  Timers  2 (16 bit op/neer tellers)  Schuifregister  1 x 8 bit Programmeerbare I/O: I/O staat voor Input / Output of te wel Ingangen / Uitgangen. Een paar toepassingen van deze I/O zijn het inlezen van het toetsenbord, inlezen van de joystick en inlezen of aansturen van de userport. Timers: Met deze timers kan een signaal worden gemaakt van een bepaalde tijdsduur. Dit wordt bijvoorbeeld gebruikt om een RS-232 signaal te maken. Schuifregister: Dit wordt gebruikte voor het omzetten van paralelle (byte) data naar seriële (bit) data voor de IEC bus (printer / diskdrive) en omgekeerd. De software bestond uit serieuze software en spellen. Omdat voor de meeste gebruikers een diskdrive te duur was werden veel programma's uitgebracht op cassette of op cartridges.   De ROM's In de VIC-20 zitten een aantal ROM's dit zijn geheugens met een vaste inhoud, je kan er wel uit lezen maar niet in schrijven. KERNAL: Belangrijkste ROM is de KERNAL ($E000-$FFFF - 8 kbyte), daarin zit het operating system van de VIC-20. In de kernal zit bijvoorbeeld het gedeelte wat programma's van en naar de diskdrive en datassette kan sturen het printen van tekst op het scherm of de printer enz. BASIC: Een andere ROM is de BASIC ($C000-$DFFF - 8 kbyte). Hierin zit de BASIC interpreter. De BASIC interpreter vertaald de BASIC commando's naar machinetaal. Machinetaal is de enige taal die de processor van de VIC-20 verstaat. CHAR: De tekens die je op het scherm ziet komen uit de CHARacter ROM. ($8000-$8FFFF - 4 kbyte) De ROM's kunnen vervangen worden door eigen gemaakte (EP)ROM's. Op de foto een voorbeeld van cartridges voor de VIC-20. Links Serpentine, in de voorgrond Las Vegas en rechts Kats und Mause (Radar Rat Race). Cartridges waren zeer populair omdat het direct toegang gaf tot een spel zonder het eerst hoeven te laden. Op deze manier was de VIC-20 gelijk aan een spelcomputer.   De aansluitingen De VIC-20 beschikt over diverse aansluitingen. Alle hebben hun eigen functie, maar zijn niet altijd nodig voor elke toepassing. Userport: De userport is een gebruikerspoort om externe apparatuur buiten de VIC-20 te kunnen aansturen, voorbeelden zijn: Modems, Parallelle printers, relais, robots, EPROM programmers en nog veel meer. Opvallend is dat je elke ingang ook als uitgang kan gebruiken en dat ook nog onafhankelijk van elkaar. Datassette: De Datassette is de cassetterecorder ingang van de VIC-20. Omdat diskdrives vrij duur waren werden computers meestal voorzien van een cassette recorder aansluiting. Bij de Commodore computers was dit geen willekeurige cassette recorder. Omdat daardoor alle datasettes gelijk waren waren er weinig problemen met inlezen van software. Voorwaarde was wel dat de lees / schrijfkop van de datassette correct stond afgesteld. Het gebruik van cassettes werd nog populairder nadat de tape-turbo's waren ontwikkeld. Cassette software kon daarmee sneller worden geladen dan met een standaard diskdrive. IEC: De IEC poort is een seriële verbinding met randapparatuur zoals de diskdrive en printer. De seriële poort was beperkt in snelheid. Video: Via de video wordt het beeld-signaal naar een monitor verstuurt, tevens is het geluid via deze aansluiting beschikbaar. Met de video aansluiting wordt meestal een beter beeld verkregen dan via de RF aansluiting. RF: Dit is ook een video en audio signaal maar dan geschikt voor de televisie. Expansionport: De expansionport is de uitbreidingspoort. De aansluitingen van deze poort zijn verbonden met de adres- en databus. De toepassing zijn meestal ROM's of te wel programma's die in een EPROM zijn opgeslagen en direct beschikbaar zijn zonder in te laden. De meeste ROM's waren spellen of geheugen uitbreidingen. Maar ook waren er bijvoorbeeld cartridges om een IEEE diskdrive aan een VIC-20 te kunnen aansluiten of cartridges met machinetaal monitors of BASIC uitbreidingen. Voeding: Vanzelfsprekend heeft de VIC-20 voeding nodig om zijn elektronische onderdelen te laten werken. Het eerste model had slechts een voedingsspanning (9 volt wisselspanning) maar het latere model had 5 volt gelijkspanning en 9 volt wisselspanning, zoals de vodeing voor de C64 Joystick: Waarschijnlijk de meest belangrijkste aansluiting. De joystick is onmisbaar voor het spelen van spellen maar de aansluiting kan ook gebruikt worden voor de licht-pen en paddles. Met paddles (analoge input) kon men bijvoorbeeld een onderzeeer besturen in een spel. Paddles komen altijd in een setje van twee. Deze paddles zijn overigens ook compatible met de C64. De VIC-20 modellen reeks: VIC 1001 - 1980 - Alleen bedoeld voor de Japanse markt.  VIC-20 - 1981 - Het bekenste en meest verkochte model. VC-20 - 1981 - De Duitse versie van de VIC-20.  

29 december 2023

...

Commodore 64

De Commodore 64 is de bekendste Commodore computer, maar waarom? Met de invoering van de C64 werd het "gewone" publiek bereikt. Niet alleen bedrijven of universiteiten maar iedereen kon nu een homecomputer aanschaffen met grote prestaties. De voorgangers van de C64 de PET /  CBM reeks en niet te vergeten de VIC20 hadden al hun intrede gedaan bij de bedrijven en de elektronica hobbyist. De C64 was er op het juiste moment, had de juiste mogelijkheden en de prijs was sensationeel. De introductie prijs was de helft van vergelijkbare computers. In het begin kosten de C64 net zoveel om te produceren als er voor werd betaald in de winkel. Maar door de enorme hoeveelheid C64's die er geproduceerd werden daalde de productie kosten enorm. Door de goede verkopen waren er al snel vele programma's, boeken en hardware beschikbaar. Commodore heeft nooit veel aandacht besteed aan reclame voor zijn producten, het motto was als het goed is verkoopt het vanzelf. De verkopen van de C64 drukte de concurrenten bijna uit de markt. De enige concurrent die het kon bijhouden was Atari. Commodore was deze periode het grootste computermerk ter wereld. De verkoop cijfers van de C64 zijn niet meer te achterhalen maar ze worden geschat op zo'n 22 miljoen stuks. En dat aantal is een officieel wereldrecord. De C64 is de meest verkochte "home computer" aller tijden. En omdat er geen "home computers" meer worden gemaakt zal dit record altijd blijven bestaan. Op de foto is een zogenaamde revisie A te zien. Dit was de eerste versie van de C64 te herkennen aan zijn zilveren logo's. Omdat er in deze revisie A een fout in zat zijn ze allemaal terug gehaald door Commodore. Behalve een paar en dat zijn nu natuurlijk de verzamelaars objecten. De C64 was in productie vanaf 1982 t/m 1992. SpecificatiesProcessor: MOS 6510 / CSG 8500 1 MHz.RAM geheugen: 64 kbyte (+ 0,5 kbyte kleur geheugen)ROM geheugen: 20 kbyte (Basic, Kernal, Karakters)Co-Processor Grafisch: VIC-IICo-Processor Geluid: SIDAansluitingen: Expansionpoort, Userpoort, Serielepoort, Datassette, 2 x Joystick, TV, Video, Geluid, voeding Op de foto is het 2e model te zien, behalve een nieuw uiterlijk is ook het moederbord drastisch gewijzigd, maar is vrijwel 100% compatible met het oude model. Het gebruik De C64 is altijd gebruikt voor het spelen van spellen. Dit werd veroorzaakt door de vele spellen die beschikbaar waren en de uitstekende prestaties van de C64. Meeste C64 gebruikers zijn begonnen met een C64 met daaraan een Datassette. Een van de eerste aankopen zal een joystick zijn geweest. Aankoop van spellen was vaak duur met als gevolg dat bijna iedereen gekopieerde / gekraakte software in gebruik had. De gekraakte versies waren meestal populairder omdat de intro's waren verwijderd. Je kon direct het spel laden en met gebruik van een snellader. Computerclubs waren vaak copy-party's en daardoor verspreide gekraakte versies snel. De aanschaf van een monitor was de volgende stap naar een compleet systeem. De C64 doet het perfect op een TV maar die was 's avonds meestal niet beschikbaar (voetbal....). Na een monitor stond de diskdrive op het verlanglijstje. Snellere toegang tot bestanden, makkelijker kopiëren en vinden van software. Maar een diskdrive was een dure aanschaf. Om het systeem compleet te maken was een printer de laatste stap. Printers werden vooral populair nadat programma's zoals PrintMaster, PageFox, The NewsRoom op de markt kwamen. Spellen: Iedereen heeft wel een favoriet spel, bekende spellen zijn o.a. Pirates!, Impossible Mission, Wizball, The Great Giana Sisters, IK+, Boulderdash, Bubble Bobble, The Last Ninja 2, Maniac Mansion, Defender Of The Crown. Er zijn vele duizenden spellen uitgebracht voor de C64 Grafische programma's: Door de uitstekende prestaties van de VIC-II chip waren tekenprogramma's zeer geliefd voor de C64. Enkele bekende zijn: Koala Painter, Amica Paint, Hi-Eddi, Doodle, Art Studio, Blazing paddles, GeoPaint. Muziek programma's: De SID was een sensatie en zorgde er voor dat vele muziek maakte op de C64. Het bekendste programma is de Music Maker. Music Maker bestaat uit een soort piano klavier dat op een C64 wordt gezet. De toetsen van klavier drukken op de toetsten van toetsenbord. Het programma zorgde via de SID voor het geluid. Tekst verwerkers: De C64 als tekstverwerker is wel een beetje behelpen omdat het scherm slechts 40 karakters breed is. Dit werd meestal verholpen door het scherm te scrollen tijdens het invoeren van de tekst. De latere programma's produceerde een preview om de indeling te kunnen zien voordat deze geprint werd. Ook WYSIWYG tekst verwerkers zijn beschikbaar voor de C64. Voorbeelden van tekst verwerkers zijn: EasyScript, Speedscript, VizaWrite, GeoWrite, PrintFox Kantoor pakketten: Het meest bekende pakket is GEOS. GEOS was een compleet pakket voor de C64 in combinatie met een diskdrive. Ingebouwde snellader, tekstverwerker, database, tekenprogramma, communicatie en nog veel meer. GEOS werd meegeleverd met het nieuwe model C64 (C64 C). Een ander bekend pakket is Mini-Office. Utility's: Voor specifieke taken zijn speciale programma's beschikbaar. Kopieer programma's voor de Datassette en Diskdrive zijn er in vele soorten. Ook crunchers (zip) waren populair om programma's kleiner te maken om ze daarna sneller te kunnen laden. Communicatie software voor modems, maar ook packet radio zijn beschikbaar. Vaak gebruikte utility's: 10 sec Format, Fast Hackem, Hypra Load, ABCruncher, QuantumLink, Logo, SuperMon, SuperBase. Demo's: Het fenomeen demo's begon als een soort wedstrijd tussen hackers. Hackers voegde voor het gekraakte programma een intro in. In het begin was dit slechts een tekst of een tekst scroll maar al gauw werd dit uitgebreid tot met sprites of een hires plaatje. Sommige gekraakte spellen werden gekopieerd om de intro en niet het spel. Na een tijdje werden de intro's aparte programma's en werden demo's. Deze demo's lieten zien wat de C64 kon en ook dingen waarvan iedereen dacht dat het niet kon. Tegenwoordig is het maken van een demo verheven tot een kunst. Meeste demo's vullen nu twee kanten van een diskette. Enkele bekende demo's zijn: Deus Ex Machina (Crest), Altered States (Taboo), Insomnia (64ever). Duizenden demo's zijn gemaakt en er zijn websites die deze demo's voor downloaden beschikbaar stellen. Cartridges: Iedere C64 had wel een cartridge. Meestal is dat een verzameling van handige software. Zoals extra BASIC commando's, Tape-Turbo's, Disk-Turbo's, Machinetaal monitors, Printscreen programma's. Later deden Freezers hun intrede. Met een Freezer kan je een spel of programma onderbreken en wegschrijven naar tape of disk. Meestal werd het hele geheugen inclusief alle registers in gecrunchste vorm opgeslagen en voorzien van een speciale loader. Deze loader zet alle data weer terug in het geheugen en start het programma op de plek waar het onderbroken was. Dit was handig als je midden in een spel wilde stoppen, maar werd ook vaak gebruikt om spellen te kraken. Bekende cartidges zijn: EPIX Fastload, Power Cartridge, Expert Cartridge, Final Cartridge III, Simons Basic, Retro Replay Cartridge. Randapparatuur: Een enorme verscheidenheid aan apparaten is gemaakt voor de C64 door Commodore maar zeker ook door andere bedrijven. Een paar voorbeelden: Datassette, Diskdrives, Joysticks, Printers, Monitors, Modems, Piano keyborden, Muizen, Touchpads, Eprombranders, Geheugen uitbreidingen (RAM en ROM), Externe processors (SuperCPU). Besturingen voor robot armen, model treinen, licht shows, dia shows. Op de foto een speciale uitvoering van de C64. Deze speciale uitvoeringen waren vooral populair in Engeland. De speciale uitvoeringen hadden meestal een bepaald thema en bestonden uit een grote doos met daarin een C64, datasette, joystick en spellen. Maak kennis met de Chips. Een C64 is gemaakt uit vele onderdelen die samen een werkende computer maken. We zullen de belangrijkste onderdelen hier behandelen. De VIC-II De VIC-II chip is het centrale onderdeel van de C64. VIC is de afkorting van Video Interface Chip. De VIC-II zorgt voor de hartslag (timing) van het systeem, de toegang tot de databus, het "verversen" van het geheugen maar natuurlijk ook de weergave op het scherm. Omdat de C64 voornamelijk werd gebruikt met een televisie is het uitgangssignaal van de C64 ook afgestemd op de televisie standaard. Dit had als gevolg dat er verschillende VIC-II zijn geproduceerd. 6569 - PAL-B (Europa, Afrika, Asië, Australië) 6572 - PAL-N (Brazilië) 6573 - PAL-M (Argentinië, Uruguay) 6567 - NTSC (Noord Amerika, Zuid Amerika, Japan) 8565 - HMOS-II PAL voor 2e generatie C64 (C/G/GS) 8562 - HMOS-II NTSC voor 2e generatie C64 (C/G/GS) Technische specificaties:Tekst: 40 x 25 karakters met 8 x 8 pixelsHires: 320 x 200 pixels, Multicolor: 160 x 200 pixelsSprites: 8 met detectie op "botsen" sprite-sprite en sprite-achtergrondKleuren: 16Smooth scrolling, screen blankingLightpenGeheugen bereik: 16 kbyte Tekst: Op het scherm kan je 1000 karakters plaatsen. De karakters komen normaal gesproken uit het CHAR ROM maar je kan de ook een eigen ontworpen karakters gebruiken. In de gewone tekst modus zijn er slechts 2 kleuren, de achtergrond en de karakter-kleur. Maar er is ook een multicolor modus dan zijn er 4 kleuren mogelijk, dit beperkt de resolutie echter van 8 x 8 pixels tot 4 x 8 pixels. Hires: In plaats van karakters wordt nu het scherm gevuld met 320 x 200 = 64000 pixels dit neemt echter wel een behoorlijk stuk van het geheugen in beslag (8 kbyte). Ook hier is een multicolor mode mogelijk die de resolutie beperkt tot 160 x 200 = 32000 pixels. Sprites: Dit zijn kleine blokjes (24 x 21 pixels) die je over het scherm kan bewegen zonder dat ze de karakters, hires of andere sprites beïnvloeden. Ze zweven als het waren over het scherm. Je kan wel detecteren of ze iets raken, wat perfect was voor het maken van spellen. Kleuren: Er zijn 16 verschillende kleuren. Smooth scrolling en screen blanking: De VIC kan het gehele scherm per pixel verschuiven in alle richtingen (smooth scrolling). Om nu iets vanuit niets tevoorschijn te laten komen wordt het zichtbare scherm verkleind tot 38 x 23 karakters. Je kan dan in het afgedekte (screen blanking) gedeelte iets neerzetten en dan het zichtbare gedeelte binnen schuiven. Het schuiven is beperkt tot 8 pixels, dus na 8 pixels moet je alle data op het scherm 8 pixels verplaatsen en opnieuw beginnen met schuiven. Behalve screen blanking tot 38 x 23 kan je ook het hele scherm uitzetten. Omdat dan de VIC-II bijna niks meer te doen heeft krijgt de processor (6510) meer tijd en kan je een programma iets sneller laten lopen. Lightpen: Als je met een "light-gun" of "light-pen" op het scherm schiet of klikt dan kan de VIC-II je vertellen welke positie op het scherm dat was. Geheugen: Vreemd is dat de VIC-II slechts 16 kbyte kan bereiken, dit werd opgelost door de VIC-II verplaatsbaar te maken. Je kan aangeven welke van de 4 blokken van 16 kbyte de VIC-II zich mee bezighoudt. De VIC-II chip is echter slimmer dan de originele specificaties, al snel ontdekte programmeurs eigenaardigheden van de VIC-II. De beperking van 8 sprites werd al gauw teniet gedaan. Als de VIC-II de sprites op het scherm heeft gezet kan je opnieuw de plaats van de sprites aangeven. Hoe sneller het programma wat de sprites neerzet hoe meer sprites er op het scherm kunnen. Ook de borders (zijkant van het scherm) konden "open" worden gezet zodat je op die plek ook sprites kan neerzetten. ook het aantal kleuren is niet 16, als je heel snel wisselt tussen twee kleuren krijg je een kleur wat daar tussen zit, daardoor ontstaan tientallen extra kleuren. Nadeel is wel dat het scherm een beetje knippert. De mogelijkheden van de VIC-II zijn dan ook de uitdaging voor de "scene" om er alles uit te halen wat maar te bedenken is. Er zijn tekens nieuwe demo's die weer nieuwe mogelijkheden laten zien. Er zijn ook wat problemen, omdat de VIC-II de timing regelt en afhankelijk is van PAL of NTSC is de timing in de PAL en NTSC computers ook verschillend. Voor simpele grafische toepassingen is dit geen probleem, maar toen de "scene" begon met het maken van demo's en intro's werden de verschillen zichtbaar. Als er ingewikkelde grafische mogelijkheden worden gebruikt is het nodig om zogenaamde PAL en NTSC fixes te maken voor het programma. Op de foto de draagbare versie van de C64 de SX-64. Hier is een C64 gecombineerd met een 1541 diskdrive en een kleuren monitor. Het afneembare toetsenbord is de deksel op voorkant van de SX-64. De Central Processing Unit 6510 (8510) De rekenkracht van de C64 wordt verzorgt door de 6510 in het oude model en de 8500 in het nieuwe model. Technische specificaties:Databus: 8 bitsAdresbus: 16 bitsI/O bus: 6 bitInterrupts: IRQ, NMI, RDYSnelheid: 1 MHzInstructies: 150  Databus: De 6510 werkt, net zoals alle processors, met het binaire systeem. Dat wil zeggen er zijn maar 2 mogelijkheden aan of uit, dit wordt aangeduid met een 0 of een 1. Dit wordt een bit genoemd. Als je een 8 bits brede data bus hebt dan zijn dit de mogelijkheden: 00000000 t/m 11111111. Een waarde van 8 bit breed wordt een byte genoemd. In ons decimale getallen stelsel is dat van 0 t/m 255. Alle verwerkingen zijn dan ook beperkt tot getallen van 0 t/m 255, wil je grotere getallen verwerken dan moet je het getal in meerdere stukken hakken en apart verwerken. Adresbus: Met de adresbus kan de processor iets kan aanwijzen in het geheugen. De beperking is de breedte van de bus, met 16 bits kan je een getal maken tussen 00000000 00000000 t/m 11111111 11111111 of te wel tussen 0 en 65536. De 6510 kan dus 64 kbyte adresseren. Maar er zijn geheugen uitbreidingen voor de C64 van 256 kbyte? Als je meer dan 64 kbyte wil adresseren dan moet je wisselen tussen geheugen banken (bank-switching) Deze truc is bijvoorbeeld gebruikt in de PET / CBM reeks en de C128. De processor kan slechts 64 kbyte tegelijkertijd zien. I/O bus: Dit gedeelte is de uitbreiding ten opzichte van de 6502 processor (PET/CBM, VIC20). En dit is ook het geheim van het succes van de C64. Deze bus kiest hoe de C64 er van binnen uitziet. Deze bus is 6 bits breed en geeft in theorie 64 mogelijkheden. De data op deze bus wordt door de PLA gebruikt om te schakelen met het geheugen in de C64. De maximale ruimte binnenin de C64 is 64 kbyte maar in werkelijkheid zit er het volgende in: 64 kbyte RAM, 8 kbyte KERNAL, 8 kbyte BASIC, 4 kbyte karakters, 0,5 kbyte kleur RAM, 2 x 8 kbyte aan cartridges, Registers van de SID en VIC. Normaal past dit niet in een 64 kbyte systeem maar met slim schakelen kan je alles gebruiken alleen niet tegelijk. Als je BASIC gebruikt kan je het RAM geheugen "onder" BASIC niet gebruiken, vandaar ook de melding bij het aanzetten van 38911 BASIC BYTES FREE. Maar als je BASIC niet nodig hebt schakel je het gewoon even uit en je kan weer bij het RAM geheugen. Interrupts: Een interrupt is een onderbreking. De processor kan worden stilgezet. Als de VIC-II meer tijd nodig heeft dan wordt de processor stil gezet via een interrupt. Snelheid: De systeem snelheid van de C64 is 1 MHz wat wil zeggen dat er 1 miljoen acties per seconden worden uitgevoerd. De processor voert dus 1.000.000 acties uit per seconden. De snelste instructie heeft aan 2 actie genoeg maar de langzaamste heeft 7 acties nodig. Instructies: Het aantal instructies is 150 maar in theorie zijn er 255 mogelijk. Programmeurs hebben door experimenteren extra instructie gevonden. Maar dit zijn eigenlijk ingebakken fouten en horen niet tot de echte instructie. Er zijn instructie die alleen maar data verplaatsen zoals LDA (Laad de accu met een waarde) maar ook reken instructie zoals ADD (tel bij de accu een waarde op) ook instructie die "rommelen" met een waarde zoals ROR die de bits een plekje naar rechts opschuift. Op de foto de C64 Games System. Dit is de toetsenbord loze versie van de C64. De GS werd uitgebracht als concurrent van het Nintendo Entertainment System. De SID (6581 / 8580) De muzikale chip van de C64. SID is de afkorting van Sound Interface Device. De SID is wereld beroemd ook buiten de C64. Toen de chip uitgebracht werd was die vergelijkbaar met professionele synthesizers. De SID werd ook toegepast als stand-alone apparaten zoals de SID Station. Technische specificaties:Oscillators: 3Golfvormen: 4Enveloppe generatorVolume regelingSynchronisatie / Ringmodulatie / FiltersRandom generatorAnaloge ingangen: 2 Oscillators: Een oscillator is een mechanisme om een signaal te maken met een bepaalde frequentie. De oscillators in de SID kunnen hebben een frequentie bereik van circa 0 - 4000 Hz.  De frequentie is aan te passen in 65536 stappen (16 bit)  De oscillators zijn onafhankelijk van elkaar. De oscillators worden ook wel stemmen genoemd. Golfvormen: Het signaal opgewekt door een oscillator kan verschillende vormen hebben. De SID kent de sinus-vorm, zaagtand-vorm, blok-vorm en ruis. Elke vorm geeft een ander effect met dezelfde frequentie. Enveloppe generator: Een enveloppe generator is gemaakt om een echte toon na te doen. Bij echte muziek instrumenten is het volume van de toon niet gelijk van begin tot het eind. Bij de envellope generator zijn de volgende instellingen te maken: Attack - dit is het begin van de noot van volume 0 tot volume maximaal. Decay - dit is het gedeelte van het maximale volume tot het gewenste volume. Sustain - dit is het gedeelte van de toon waarbij het volume constant is. Release - dit is het laatste gedeelte waarbij het volume van de gewenste waarde terug zakt naar volume 0. Volume regeling: Het volume van de SID kan geregeld worden in 16 stappen (0-15) Synchronisatie / Ringmodulatie / Filters: Bij synchronisatie worden 2 signaal vormen gecombineerd wat een bepaald effect geeft. Ring modulatie produceert hogere harmonische zodat je het geluid van een bel of gong kan nadoen. Met filters kan je in een bepaalde frequentieband het geluid dempen. Random generator: De SID doet niet alleen het geluid maar ook nog wat andere dingen. Een daarvan is het maken van random (willekeurige) getallen. Die door het BASIC commando RND gebruikt worden. Analoge ingangen: Een andere taak is het inlezen van analoge signalen. Dit is het uitlezen van de Paddles. De paddle bestaat uit een potentiometer. Dit is een variabele weerstand. Binnen in de SID zit een condensator (dit lijkt op een oplaadbare batterij) deze wordt opgeladen door de weerstand van de paddle. Is de weerstand laag dan zal de stroom hoog zijn en is de condensator snel opgeladen. Is de weerstand hoog dan zal de stroom laag zijn en dan duurt het opladen langer. De gemeten tijd is de waarde (positie) van paddle. Voor wie goed heeft opgelet zal afvragen hoe kan je 4 paddles inlezen met slechts 2 ingangen. Dit wordt gedaan door een paar elektronische schakelaars. Er wordt snel gewisseld tussen de paddles en worden steeds om en om 2 paddles ingelezen.  Op de foto een van de meest gewilde verzamelaars objecten, de Gouden C64. De Gouden C64 is uitgebracht ter gelegenheid van de verkoop van de 1.000.000 ste C64 in Duitsland. De C64 is een C64 G model met een goud kleurige verflaag gemonteerd op een acryl-glas plaat met daarop een printplaat layout van een Commodore PC. Er zijn circa 200 van deze C64 gemaakt. De nummers beginnen vanaf 1.000.000. De nummers tot 1.000.100 werden weggeven aan personeel van Commodore Duitsland en de hogere nummers werden uitgedeeld aan pers en leveranciers tijdens een groot feest. De Gouden C64 is een volledig werkend model. De CIA De CIA heeft niets te maken met de Central Intelligence Agency maar zijn 2 chips binnenin de C64. Deze chips vinden uit wat erbuiten de C64 gebeurt. (Misschien hebben ze toch wat met de Central Intelligence Agency te maken?) CIA staat voor Complex Interface Adapter. Technische gegevens:Programmeerbare I/O: 16Timers: 2Klok: 1Schuifregister: 1 x 8 bit Programmeerbare I/O: I/O staat voor Input / Output of te wel Ingangen / Uitgangen. Een paar toepassingen van deze I/O zijn het inlezen van het toetsenbord, inlezen van de joysticks en inlezen of aansturen van de userport. Timers: Met deze timers kan een signaal worden gemaakt van een bepaalde tijdsduur. Dit wordt bijvoorbeeld gebruikt om een RS-232 signaal te maken. Klok: De CIA beschikt ook over een 24 uurs klok, echter moet je elke keer als de C64 opstart de klok weer goed zetten. Schuifregister: Dit wordt gebruikte voor het omzetten van paralelle (byte) data naar seriële (bit) data voor de IEC bus (printer / diskdrive) en omgekeerd. Op de foto de C64 G. Dit is een behuizing van het eerste model C64 maar met de binnenkant van het tweede model (C64 C). Een van de reden was dat het bekenden overleg piano-toetsenbord SFX niet meer paste op het C-model. De kleur is ook afwijkend, deze is veel lichter dan de bruine C64. Ook werd de C64-G uitgebracht compleet met joystick en spellen op een cartridge. De C64-G is er zowel met een zwart toetsen bord als met een wit toetsenbord. De ROM's In de C64 zitten een aantal ROM's dit zijn geheugens met een vaste inhoud, je kan er wel uit lezen maar niet in schrijven. KERNAL: Belangrijkste ROM is de KERNAL ($E000-$FFFF - 8 kbyte), daarin zit het operating system van de C64. In de kernal zit bijvoorbeeld het gedeelte wat programma's van en naar de diskdrive en datassette kan sturen het printen van tekst op het scherm of de printer enz. BASIC: Een andere ROM is de BASIC ($A000-$BFFF - 8 kbyte). Hierin zit de BASIC interpreter. De BASIC interpreter vertaald de BASIC commando's naar machinetaal. Machinetaal is de enige taal die de processor van de C64 verstaat. CHAR: De tekens die je op het scherm ziet komen uit de CHARacter ROM. ($D000-$DFFFF - 4 kbyte) PLA: De PLA lijkt op een ROM en kan ook vervangen worden door een (zeer snelle) EPROM maar is eigenlijk een speciaal ontworpenschakelaar die afhankelijk van de ingangen uitgangen aanstuurt. De werking is gelijk aan een ROM De ROM's kunnen vervangen worden door eigen gemaakte (EP)ROM's. Bij ingebouwde snelladers voor diskdrives wordt de KERNAL ROM aangepast. Om compatible te blijven werd meestal de originele ROM ook weer ingebouwd en kan je met een schakelaar kiezen welke ROM je wilt gebruiken.  Op de foto de Drean C64. Drean was een Argentijnse firma die een eigen versie van de C64 (ook andere Commodore computers) uitbracht in Argentinie. De reden van deze eigen versie was dat import belastingen op computers enorm hoog waren. De moederborden waren afkomstig van Commodore, de rest werd in Argentinië gemaakt zoals de voeding, behuizing, verpakking e.d. Opvallend is dat in de Drean's de revisie A moederborden zijn toegepast zelfs in het C64 C model. De aansluitingen De C64 beschikt over diverse aansluitingen. Alle hebben hun eigen functie, maar zijn niet altijd nodig voor elke toepassing. Userport: De userport is een gebruikerspoort om externe apparatuur buiten de C64 te kunnen aansturen, voorbeelden zijn: Modems, Parallelle printers, Parallelle diskdrivers, relais, robots, EPROM programmers en nog veel meer. Opvallend is dat je elke ingang ook als uitgang kan gebruiken en dat ook nog onafhankelijk van elkaar. Datassette: De Datassette is de cassetterecorder ingang van de C64. Omdat diskdrives vrij duur waren werden computers meestal voorzien van een cassette recorder aansluiting. Bij de Commodore computers was dit geen willekeurige cassette recorder. Omdat daardoor alle datasettes gelijk waren waren er weinig problemen met inlezen van software. Voorwaarde was wel dat de lees / schrijfkop van de datassette correct stond afgesteld. Het gebruik van cassettes werd nog populairder nadat de tape-turbo's waren ontwikkeld. Cassette software kon daarmee sneller worden geladen dan met een standaard diskdrive. IEC: De IEC poort is een seriële verbinding met randapparatuur zoals de diskdrive en printer. De seriële poort was beperkt in snelheid. Wie een echt snelle diskdrive wilde liet meestal zijn C64 en diskdrive ombouwen naar een parallel systeem. De commando's van en naar de diskdrive werden verstuurd via de (seriële) IEC bus maar de dat ging via de (parallelle) userpoort. Video: Via de video wordt het beeld-signaal naar een monitor verstuurt, tevens is het geluid via deze aansluiting beschikbaar. Met de video aansluiting wordt meestal een beter beeld verkregen dan via de RF aansluiting. RF: Dit is ook een video en audio signaal maar dan geschikt voor de televisie. Expansionport: De expansionport is de uitbreidingspoort. De aansluitingen van deze poort zijn verbonden met de adres- en databus. De toepassing zijn meestal ROM's of te wel programma's die in een EPROM zijn opgeslagen en direct beschikbaar zijn zonder in te laden. Veel ROM's waren spellen, maar ook een groot deel waren snelladers, machinetaal monitors e.d. De bekende zijn de PowerCartridge, Final cartridge III. Later kwamen ook meer exotische uitbreidingen zoals de SuperCPU die de C64 20x sneller maakte. ook geheugen uitbreidingen waren beschikbaar via de expansionpoort die het geheugen van de C64 uitbreiden naar wel 256 kbyte en meer. Voeding: Vanzelfsprekend heeft de C64 voeding nodig om zijn elektronische onderdelen te laten werken. De voeding levert 5 volt gelijkspanning voor de IC's en 9 volt wisselspanning die binnenin de C64 wordt omgezet naar 12 volt gelijkspanning voor o.a. de SID. De 9 volt wisselspanning gaat ook naar de Userport. Dit was nodig voor bijvoorbeeld een EPROM programmer. Joystick: Waarschijnlijk de meest belangrijkste aansluiting. De joystick is onmisbaar voor het spelen van spellen maar de aansluiting kan ook gebruikt worden voor de licht-pen, paddles en een muis. Op de foto de Web-it. Dit is eigenlijk helemaal geen C64, zelfs geen Commodore. De Web-it is een PC met een TV uitgang. De bedoeling was een goedkope internet PC die je kon aansluiten op je TV en via de ingebouwde modem op de telefoonlijn. In een poging om de verkoop te stimuleren werd een Commodore C64 emulator ingebouwd. Alle data binnen in de Web-it staat in een Flash geheugen. Helaas was het geen succes mede omdat de Web-it vaak stuk ging en de TV resolutie te laag was voor internet gebruik. De C64 modellen reeks: C64 (Revisie A) - 1982 - Werd na ontdekken van een fout teruggehaald door Commodore. Herkenbaar aan de zilverkleurige logo's. C64 - 1982 - Het oude model C64 - Kenmerken: Bruine kleur, broodkast model, regenboog logo. C64 SX - 1984 - De draagbare versie van de C64 met ingebouwde diskdrive en monitor. C64 C - 1986 - Het nieuwe model C64 - Kenmerken: Witte kleur, slim-line model, Personal Computer logo. C64 G - 1986 - Het oude model C64 met een nieuw kleurtje (beige) en een nieuw type moederbord. C64 ALDI - 1986 - De Duitse supermarkt keten ALDI bracht zijn eigen versie van de C64. Het enige verschil was dat ipv een zwart toetsenbord het witte toetsenbord van de C64 C was gemonteerd. Ook afwijkend was dat de 9 volt wisselspanning niet op de userpoort aanwezig was. C64 GS - 1990 - De toetsenbord loze versie van de C64. Een poging om de spelcomputer van bijvoorbeeld Nintendo het leven zuur te maken. Toetsenbord werd wegelaten en de cartridge poort zit aan de bovenkant van de computer. Maar omdat de meeste spellen gebruik maken van het toetsenbord waren maar weinig spellen beschikbaar en werd de C64 GS al snel weer uit de winkel gehaald. De Gouden C64 - 1985 - Een speciale gelimiteerde uitvoering van de C64 ter gelegenheid van de 1.000.000 ste verkoop in Duitsland. Door de lage oplage van circa 200 een gewild verzamelaars object. Educator - 1983 - Ook bekend als de PET64 of 4064. Dit was een C64 in een PET behuizing met ingebouwde groen monitor en bedoeld voor scholen. Max machine - 1983 - Dit is een Japanse versie van de C64 met een andere behuizing. Kenmerken een niet te gebruiken toetsenbord en te weinig geheugen, daardoor alleen geschikt als spelcomputer zoals de C64 GS. C64 Japan - 1982 - De Japanse versie van de C64 heeft een aangepast toetsenbord en CHAR ROM. Daardoor werden de Japanse  tekens beschikbaar op de C64. Echter werd er veel software ontwikkeld buiten Japan die niet compatible was met de aangepaste Japanse versie. Veel Japanse C64 zijn later ook omgebouwd naar het normale model. Drean C64 - 1983 - I.v.m. hoge import belastingen werd in Argentinië de C64 door de firma Drean geassembleerd uit originele commodore onderdelen en eigengemaakte onderdelen. Drean C64 C - 1986 - Ook het nieuwe model werd door de firma Drean geassembleerd echter met het oude model moederbord. C64 LCD - 198? - Er bestaat ook een laptop uitvoering van de C64 met een LCD scherm. Echter is dit slechts een proto-type en is er waarschijnlijk ook maar 1 van gemaakt. C64 Australian - 1986 -  Commodore kondigde het nieuwe model C64 C aan. Dit gaf een Australische firma een geweldige idee. Het maken van een nieuwe behuizing om je oude model te upgraden. Web-it - 1998 - Internet PC met ingebouwde C64 emulator om aan te sluiten op de televisie. De speciale edities: Vooral in Engeland werd de C64 verkocht in speciale uitvoeringen, meestal rond Kerstmis. Deze uitvoeringen bestonden meestal uit een grote doos met daarin een C64, Datasette, Joysticks en spellen. Bekende uitvoeringen zijn: Terminator, Batman, Nightmoves, TestPilot, Compendium enz. Op de foto de Commodore MAX Machine. Dit is een Japanse versie van de C64 met een andere behuizing. Er werd bezuinigd op het ontwerp (toetsenbord, geheugen, aansluitingen) met als resultaat een verkoop flop.

27 december 2023

...

C16, C116 en Plus/4

De Commodore 264 is eigenlijk geen computer maar een model reeks. In deze model reeks behoren de computers C16, C116, Plus/4 en de prototypes 232, 264, 364. De naam 264 werd gebruikt voor het eerste prototype van deze reeks en staat op de meeste serienummer plaatjes aan de onderzijde van de computer. Na het succes van de Commodore 64 en het stoppen van de productie van de VIC 20 was het tijd voor commodore om zich te richten op een nieuwe reeks van computers. De exacte reden voor de 264 reeks is niet helemaal duidelijk. Sommige bronnen beweren dat dit de opvolger was van de VIC20, maar er zijn ook bronnen die zeggen dat het een concurrent moest worden voor de Sinclair Spectrum. En als je de C116 bekijkt dan lijkt die erg veel op de Spectrum. Het doel was vooral een goedkope computer te produceren zoals de C116 en de C16 met daarboven een meer geavanceerde versie met ingebouwde software de Plus/4. Het prototype 364 was een Plus/4 met een uitgebreid toetsenbord en een chip die gesproken woord produceerde. De 264 serie was ook een poging om de meer professionele markt binnen te dringen zeker met de Plus/4 met ingebouwde software zoals een tekstverwerker, rekenblad, dataverwerking en een tekenprogramma. Het meest vreemde is dat in alle drie de modellen (C16, C116 en de Plus 4) een ander moederbord is gebruikt. Op de foto een Plus/4 in PAL uitvoering. Dit was het vlaggenschip van de nieuwe reeks Commodore computers. De productie van de 264 serie startte in 1984. SpecificatiesProcessor: MOS 7501 / MOS 8501, 1.8 (0,9) MHz.RAM geheugen: 64 kbyteROM geheugen: 64 kbyte (Basic, Kernal, Characters, TEDMon, Programma's)Co-Processor Grafisch / Geluid: TEDAansluitingen: Expansionpoort, Userpoort, Serialpoort, Datassette, 2 x Joystick, TV, Video, Geluid, voeding Opmerking: Bovenstaande specificaties zijn van de Plus/4. De C116 en de C16 zijn uitgerust met 16 kbyte aan RAM en 20 kbyte aan ROM. Tevens ontbreekt de Userpoort bij deze modellen. Op de foto een C116, dit is de PAL uitvoering. De C116 is de kleine broer van de Plus/4 met minder geheugen en geen ingebouwde programma's. De behuizing lijkt op die van de Plus/4 maar is een stuk kleiner. Dit was een poging om een goedkoper toetsenbord te introduceren. Het toetsenbord is net zo slecht te gebruiken als dat van de Max Machine. Het gebruik De bedoeling van Commodore was dat de 264 meer professioneel werd gebruikt door bedrijven en scholen. Maar net als bij de VIC 20 en de C64 was het spelen van spellen toch het meest aantrekkelijk. Jammer genoeg was de 264 niet zo geschikt voor spellen als de C64. De verkopen van deze serie zijn ook nooit zo hoog geweest als de C64. Probleem was dat de C64 in productie bleef tijdens de introductie en verkoop van de 264 serie en een zware concurrent was. In Europa werden veel C16 en Plus/4 computers verkocht als een compleet pakket. Het pakket bestond uit een computer, datassette, een complete BASIC cursus en meestal een aantal extra programma's en of spellen. Voor deze serie computers was ook een nieuwe range van randapparatuur beschikbaar zoals de MPS 803 printer in een zwarte kleur. Verder was er een diskdrive voor de 264 serie, dit was de 1551. De 1551 lijkt op een zwart gespoten 1541 maar heeft een parallelle aansluiting i.p.v. een seriele aansluiting. De aanschaf van een joystick was niet zo gemakkelijk omdat Commodore voor onbegrijpelijke redenen de standaard voor een joystick aansluiting te verlaten voor een andere soort aansluiting (mini DIN). De meeste mensen gebruikte een adapter kabel die het mogelijk maakte om de normale sub-D 9 joystick aan te sluiten op de nieuwe connector. Natuurlijk kon je met je 264 serie ook terecht bij een Commodore Computerclubs maar die werden in die tijd wel overheerst door C64 gebruikers. Spellen: Ondanks de mindere mogelijkheden van de 264 serie t.o.v. de C64 waren er toch veel spellen beschikbaar voor deze computers. Omdat de C116 en de C16 minder geheugen hebben zijn niet alle spellen beschikbaar voor deze modellen. Enkele bekende spellen zijn: Quadrilion, Winter / Summer events, Jerry's Quest, Dizzy, David's Midnight Magic, Elite, Ace. Grafische programma's: De 264 serie heeft een groter kleur bereik dan de voorgaande Commodore computers. Het aantal kleuren is 16 met elk 8 helderheid niveaus wat resulteert in 121 verschillende kleuren. (Een aantal kleuren vallen af omdat ze hetzelfde zijn). Bekende grafisch programma's zijn: (Multi) Botticelli, MagicPaint +++, FLI Editor, Micro Illustrator, Graphics. Muziek programma's: De 264 serie beschikt over een muziek chip die wat minder uitgebreid is dan in de C64 maar kan toch redelijke muziek produceren. Meest gebruikte muziek programma's zijn: MConv v1.6, Music-Hearing V1.0, Speech +4, Digital Drum Machine, RAP4 Tekst verwerkers: De Plus/4 heeft een tekstverwerker ingebouwd maar ook andere software matige tekst verwerkers zijn beschikbaar. Enkele voorbeelden zijn: Script/Plus, Page Setter en de tekstverwerker uit het GEOS 3.5 pakket.  Kantoor pakketten: Het meest bekende pakket is GEOS. GEOS is een compleet pakket voor de Plus/4 of met RAM uitgebreide C116 en C16's in combinatie met een 1551 diskdrive. Ingebouwde snellader, tekstverwerker, database, tekenprogramma, communicatie en nog veel meer. Maar naast GEOS zijn er ook diverse andere programma zoals: Calc/Plus, Superbase +4, Script/Plus Utility's: Voor alle andere taken op deze computer zijn er ook specifieke programma's geschreven van disk utillities tot assembler programma's. Bekende utillities zijn: Mega Assembler, Disk Demon, Austrospeed Compiler, Cruel Crunch 4.0, Dir-god V3.3 Demo's: Het fenomeen demo's begon als een soort wedstrijd tussen hackers. Hackers voegde voor het gekraakte programma een intro in. In het begin was dit slechts een tekst of een tekst scroll maar al gauw werd dit uitgebreid tot met sprites of een hires plaatje. Sommige gekraakte spellen werden gekopieerd om de intro en niet het spel. Na een tijdje werden de intro's aparte programma's en werden demo's. Deze demo's lieten zien wat de C16, C116 of de Plus/4 kon en ook dingen waarvan iedereen dacht dat het niet kon. Tegenwoordig is het maken van een demo verheven tot een kunst. Meeste demo's vullen nu twee kanten van een diskette. Enkele bekende demo's zijn: Chaos (Absence), Questionmark (New System Technology (NST)), Infinity (Electronic Vision Software (EVS)), Heartfixer (Luca & Bubis), Genetic Faulty (Gentlemen Software (GS)), We are the cure (Luca & Bubis). Honderden demo's zijn gemaakt en er zijn websites die deze demo's voor downloaden beschikbaar stellen. Cartridges: Niet veel cartridges zijn gemaakt voor de 264 series. Het produceren van catridges was duur en konden zeer makkelijk worden gekraakt. De cartridges raakten hierdoor een beetje uit de mode. Meest bekende cartridges zijn: Jack Attack, Pirate Adventure, Script Plus, Calc Plus, C16 Tutor. Maar ook geheugen uitbreidingen en een SID cartridge zijn beschikbaar. Randapparatuur: Voor deze computer reeks is ook een bijpassende serie randappartuur gemaakt. De bekendste is de zwarte uitvoering van de 1530 datassette de 1531. Behalve de kleur en de afwijkende aansluit stekker is deze identiek aan de 1530 en is met een verloop stekker ook te gebruiken op de VIC-20 en de C64. Er is een 1551 diskdrive in de behuizing van een 1541 maar met een parallelle aansluiting voor snellere overdracht van data. De MPS 803 printer is ook in de zwarte kleur verkrijgbaar. Commodore bracht ook een joystick op de markt voor deze serie. Maar Commodore joysticks staan niet bekend als degelijk. Meestal werd een ander joystick gekocht met een adapter kabel. Maak kennis met de Chips. Een C16, C116 en de Plus/4 zijn samengesteld uit vele onderdelen die samen een werkende computer maken. We zullen de belangrijkste onderdelen hier behandelen. De TED TED staat voor Text EDitor en verzorgt de grafische weergave, produceert het geluid, leest het toetsenbord, houdt de tijd bij en verzorgt het geheugen. Al deze taken worden in bijvoorbeeld de C64 verzorgt door aparte chips. Het combineren van al deze taken in een chip resulteerde in een goedkopere computer. Maar met het bij elkaar voegen van al die taken zijn er wel wat beperkingen door gevoerd in de mogelijkheden. Wat later ook een nadeel was. Net als bij andere Commodore modellen is de TED compatible met de televisie standaard en zijn er van de TED ook verschillende versies geproduceerd. 7380 / 8360 - PAL-B (Europa, Afrika, Asië, Australië) en NTSC (Noord Amerika, Zuid Amerika, Japan)8365 - PAL-N (Brazilië)8366 - PAL-M (Argentinië, Uruguay) 7380 / 8360De 7380 en de 8360 zijn technisch gezien identiek. Het enige verschil dat ze met een verschillende techniek gemaakt werden. Technische specificaties:Tekst: 40 x 25 karakters met 8 x 8 pixelsHires: 320 x 200 pixels, Multicolor: 160 x 200 pixelsKleuren: 121Smooth scrollingLightpenHardware-cursor, -tekst knipper, -tekst reverseGeluid: 2 kanalen blokvormig waarvan 1 kanaal ook ruis kan producerenVolumeregelingTimersToetsenbord Een groot gemis in de TED was het weglaten van hardware sprites zoals in de C64 of de Amiga's Tekst: Op het scherm kan je 1000 karakters plaatsen. De karakters komen normaal gesproken uit het CHAR ROM maar je kan de ook een eigen ontworpen karakters gebruiken. In de gewone tekst modus zijn er slechts 2 kleuren, de achtergrond en de karakter-kleur. Maar er is ook een multicolor modus dan zijn er 4 kleuren als achtergrond kleur mogelijk, dit beperkt de resolutie echter van 8 x 8 pixels tot 4 x 8 pixels. Hires: In plaats van karakters wordt nu het scherm gevuld met 320 x 200 = 64000 pixels dit neemt echter wel een behoorlijk stuk van het geheugen in beslag (8 kbyte). Ook hier is een multicolor mode mogelijk die de resolutie beperkt tot 160 x 200 = 32000 pixels. Kleuren: Er zijn 16 verschillende kleuren. Tevens heeft elke kleur nog eens 8 helderheid niveaus. Tel je alles op dan kom je aan 8 x 16 = 128, echter zijn de 8 helderheid niveaus van zwart allemaal zwart. Totaal dus 128 - 7 = 121 verschillende kleuren. Smooth scrolling: De TED kan het gehele scherm per pixel verschuiven in alle richtingen (smooth scrolling). Om nu iets vanuit niets tevoorschijn te laten komen wordt het zichtbare scherm verkleind tot 38 x 23 karakters. Je kan dan in het afgedekte (screen blanking) gedeelte iets neerzetten en dan het zichtbare gedeelte binnen schuiven. Het schuiven is beperkt tot 8 pixels, dus na 8 pixels moet je alle data op het scherm 8 pixels verplaatsen en opnieuw beginnen met schuiven. Lightpen: Als je met een "light-gun" of "light-pen" op het scherm schiet of klikt dan kan de TED je vertellen welke positie op het scherm dat was. Hardware-cursor, -tekstknipper, -tekstreverse: De TED kan er hardware matig voor zorgen dat de cursor wordt gezet waar je wilt. Ook het laten knipperen van alle of een aantal karakters is mogelijk. In plaats van een karakter-set waarin normale en reverse karakters zitten kan de TED chip dit hardware matig. Geluid: De TED heeft twee oscillators. Een oscillator is een mechanisme om een signaal te maken met een bepaalde frequentie. De oscillators in de TED kunnen hebben een frequentie bereik van circa 100Hz tot 23kHz. De frequentie is aan te passen in 1016 stappen. De oscillators zijn onafhankelijk van elkaar. De 2e oscillator kan ook ruis produceren. Het signaal opgewekt door de oscillator heeft een blok-vorm. Volume regeling: Het volume van de TED kan geregeld worden in 9 stappen (0-8) Timers: Met deze timers kan een signaal worden gemaakt van een bepaalde tijdsduur. Dit wordt bijvoorbeeld gebruikt om een RS-232 signaal te maken. Toetsenbord: Het inlezen van het toetsenbord is ook een taak van de TED. Het leest via een matrix welke toets wordt ingedrukt op het toetsenbord. De Central Processing Unit 7501 (8501) De rekenkracht van de C16, C116 en de Plus/4 wordt verzorgt door de 7501 (8501), beide gebaseerd op de 6502. De 7501 en de 8501 zijn technisch gezien identiek. Het enige verschil dat ze met een verschillende techniek gemaakt werden. Technische specificaties:Databus: 8 bitsAdresbus: 16 bitsI/O bus: 7 bitInterrupts: IRQ, RDYSnelheid: 1,8 of 0,9 MHzInstructies: 150 Databus: De 7501 (8501) werkt, net zoals alle processors, met het binaire systeem. Dat wil zeggen er zijn maar 2 mogelijkheden aan of uit, dit wordt aangeduid met een 0 of een 1. Dit wordt een bit genoemd. Als je een 8 bits brede data bus hebt dan zijn dit de mogelijkheden: 00000000 t/m 11111111. Een waarde van 8 bit breed wordt een byte genoemd. In ons decimale getallen stelsel is dat van 0 t/m 255. Alle verwerkingen zijn dan ook beperkt tot getallen van 0 t/m 255, wil je grotere getallen verwerken dan moet je het getal in meerdere stukken hakken en apart verwerken. Adresbus: Met de adresbus kan de processor iets kan aanwijzen in het geheugen. De beperking is de breedte van de bus, met 16 bits kan je een getal maken tussen 00000000 00000000 t/m 11111111 11111111 of te wel tussen 0 en 65536. De 7501 (8501) kan dus 64 kbyte adresseren. Maar er zijn geheugen uitbreidingen voor de Plus/4 van 256 kbyte? Als je meer dan 64 kbyte wil adresseren dan moet je wisselen tussen geheugen banken (bank-switching) Deze truc is bijvoorbeeld gebruikt in de PET / CBM reeks en de C128. De processor kan slechts 64 kbyte tegelijkertijd zien. I/O bus: Dit gedeelte is de uitbreiding ten opzichte van de 6502 processor (PET/CBM, VIC20). Dit was met succes toegepast in de C64. Deze bus kiest hoe de C16, C116 en de Plus/4 er van binnen uitziet. Deze bus is 7 bits breed en geeft in theorie 128 mogelijkheden. De data op deze bus wordt gebruikt door de PLA om te schakelen met het geheugen binnenin de computer. De maximale ruimte binnenin de 264 serie is 64 kbyte maar in werkelijkheid zit er het volgende in: 64 kbyte RAM, 8 kbyte KERNAL, 8 kbyte BASIC, 4 kbyte karakters, 32 kbyte aan programma's, 2 x 8 kbyte aan cartridges, Registers van de TED. Normaal past dit niet in een 64 kbyte systeem maar met slim schakelen kan je alles gebruiken alleen niet tegelijk. Als je BASIC gebruikt kan je het RAM geheugen "onder" BASIC niet gebruiken, vandaar ook de melding bij het aanzetten van 60671 BASIC BYTES FREE. Maar als je BASIC niet nodig hebt schakel je het gewoon even uit en je kan weer bij het RAM geheugen. Interrupts: Een interrupt is een onderbreking. De processor kan worden stilgezet. Als de TED meer tijd nodig heeft dan wordt de processor stil gezet via een interrupt. Snelheid: De systeem snelheid is 1,8 of 0,9 MHz wat wil zeggen dat er 1,8 (of 0,9) miljoen acties per seconden worden uitgevoerd. De processor voert dus 1.800.000 (of 900.00) acties uit per seconden. De snelste instructie heeft aan 2 actie genoeg maar de langzaamste heeft 7 acties nodig. Op welke snelheid de CPU werkt is afhankelijk waar de TED chip mee bezig is. Wordt het beeldscherm opgebouwd of het geheugen ververst dan is de lage snelheid ingesteld. Op andere momenten is de hoge snelheid ingeschakeld. Instructies: Het aantal instructies is 150 maar in theorie zijn er 255 mogelijk. Programmeurs hebben door experimenteren extra instructie gevonden. Maar dit zijn eigenlijk ingebakken fouten en horen niet tot de echte instructie. Er zijn instructie die alleen maar data verplaatsen zoals LDA (Laad de accu met een waarde) maar ook reken instructie zoals ADD (tel bij de accu een waarde op) ook instructie die "rommelen" met een waarde zoals ROR die de bits een plekje naar rechts opschuift. De ROM's In de C16, C116 en de Plus/4 zitten een aantal ROM's dit zijn geheugens met een vaste inhoud, je kan er wel uit lezen maar niet in schrijven. KERNAL: Belangrijkste ROM is de KERNAL ($D800-$D7FFF - 8 kbyte), daarin zit het operating system van de 264 reeks. In de kernal zit bijvoorbeeld het gedeelte wat programma's van en naar de diskdrive en datassette kan sturen het printen van tekst op het scherm of de printer enz. BASIC: Een andere ROM is de BASIC ($8000-$9FFF - 8 kbyte). Hierin zit de BASIC interpreter. De BASIC interpreter vertaald de BASIC commando's naar machinetaal. Machinetaal is de enige taal die de processor van de 264 reeks verstaat. CHAR: De tekens die je op het scherm ziet komen uit de CHARacter ROM. ($D800-$DFFFF - 4 kbyte) PLA: De PLA lijkt op een ROM en kan ook vervangen worden door een (zeer snelle) EPROM maar is eigenlijk een speciaal ontworpen schakelaar die afhankelijk van de ingangen uitgangen aanstuurt. De werking is gelijk aan een ROM. Plus4 programma's: In de Plus/4 zitten nog een paar extra ROM's. Hierin zijn gebruikers programma's in opgeslagen. Dit betreft een tekstverwerker, rekenblad, dataverwerking en een tekenprogramma. De ingebouwde programma's waren te groot voor het beschikbare geheugen en werden behoorlijk aangepast. Dit had als resultaat dat de programma's niet zo bruikbaar meer waren. Op de foto de Drean C16. Drean was een Argentijnse firma die een eigen versie van de C16 (ook andere Commodore computers) uitbracht in Argentinie. De reden van deze eigen versie was dat import belastingen op computers enorm hoog waren. De moederborden waren afkomstig van Commodore, de rest werd in Argentinië gemaakt zoals de voeding, behuizing, verpakking e.d. De aansluitingen De C16, C116 en de Plus/4 beschikken over diverse aansluitingen. Alle hebben hun eigen functie, maar zijn niet altijd nodig voor elke toepassing. De Plus/4 heeft als enige een userport Userport: De userport is een gebruikerspoort om externe apparatuur buiten de Plus/4 te kunnen aansturen, voorbeelden zijn: Modems, Parallelle printers, Parallelle diskdrivers, relais, robots, EPROM programmers en nog veel meer. Opvallend is dat je elke ingang ook als uitgang kan gebruiken en dat ook nog onafhankelijk van elkaar. Datassette: De Datassette is de cassetterecorder ingang. Omdat diskdrives vrij duur waren werden computers meestal voorzien van een cassette recorder aansluiting. Bij de Commodore computers was dit geen willekeurige cassette recorder. Omdat alle datasettes gelijk waren waren er weinig problemen met inlezen van software. Voorwaarde was wel dat de lees / schrijfkop van de datassette correct stond afgesteld. Het gebruik van cassettes werd nog populairder nadat de tape-turbo's waren ontwikkeld. Cassette software kon daarmee sneller worden geladen dan met een standaard diskdrive. Afwijkend is de aansluit connector. IEC: De IEC poort is een seriële verbinding met randapparatuur zoals de diskdrive en printer. De seriële poort is beperkt in snelheid. Video: Via de video wordt het beeld-signaal naar een monitor verstuurt, tevens is het geluid via deze aansluiting beschikbaar. Met de video aansluiting wordt meestal een beter beeld verkregen dan via de RF aansluiting. RF: Dit is ook een video en audio signaal maar dan geschikt voor de televisie. Expansionport: De expansionport is de uitbreidingspoort. De aansluitingen van deze poort zijn verbonden met de adres- en databus. De toepassing zijn meestal ROM's of te wel programma's die in een EPROM zijn opgeslagen en direct beschikbaar zijn zonder in te laden. Veel ROM's waren spellen, maar ook een groot deel waren snelladers, machinetaal monitors e.d. De 1551 diskdrive maakt gebruik van deze aansluiting om de data veel sneller van en naar de C16, C116 of de Plus/4 te sturen. Ook geheugen uitbreidingen waren beschikbaar via de expansionpoort die het geheugen uitbreiden naar wel 256 kbyte. Voeding: Vanzelfsprekend heeft de 264 reeks voeding nodig om zijn elektronische onderdelen te laten werken. De voeding levert 5 volt gelijkspanning voor de IC's. Tevens levert de voeding 9 volt wisselspanning voor de Userport. Dit was nodig voor bijvoorbeeld een EPROM programmer. Omdat de C16 en de C116 geen userport hebben was ook de 9 volt wisselspanning niet nodig. Deze modellen worden gevoed door afwijkende voeding. Joystick: Waarschijnlijk de meest belangrijkste aansluiting. De joystick is onmisbaar voor het spelen van spellen maar de aansluiting kan ook gebruikt worden voor de licht-pen, paddles en de muis. Zoals bij de datassette aansluiting werd hier ook een nieuw type connector gebruikt. De 264 modellen reeks: 264 - 1983 - Prototype van de 264 reeks. Is later als Plus/4 in productie genomen. Plus/4 - 1984 - Meest uitgebreide versie van de 264 serie met ingebouwde software. +/4 - 1984 - Identiek aan de Plus/4 maar met een verkeerd logo. Naderhand is logo aangepast. C16 - 1984 - De opvolger voor de VIC-20 met goedkoper moederbord (geen userport en ingebouwde software). C116 - 1984 - De concurrent voor de Sinclair Spectrum. Voorzien van net zo'n slecht toetsenbord als zijn concurrent. 232 - 1984 - Prototype, lijkt op de 264 maar minder geheugen (32 kbyte). (circa 200 stuks) 364 - 1985 - Prototype, lijkt op de 264 maar met speech module en groter toetsenbord. (1 volledig prototype en 2 show modellen) Drean C16 - 1984 - I.v.m. hoge import belastingen werd in Argentinië de C16 door de firma Drean geassembleerd uit originele commodore onderdelen en eigengemaakte onderdelen. Op de foto de het vlaggenschip van deze reeks van computers. Door de grote concurrentie van de C64 is de Plus/4 nooit doorgebroken zoals de VIC-20, C64 of de Amiga. Om te zien is dit wel de mooiste Commodore serie.

26 december 2023

Actueel

'Meld je aan voor de nieuwsbrief' van HCC!commodore

'Abonneer je nu op de nieuwsbrief en blijf op de hoogte van onze activiteiten!'

Aanmelden